Over de geschiedenis van de Engelse Texelaar

De Engelse Texelaar is uiteindelijk afkomstig van Texel. Daar hebben Engelse fokkers in samenwerking met het Engelse onderzoeksinstituut voor dierfokkerij (Animal Breeding and Genetics Research Organisation) in de jaren 70 meerdere fokooien en dekrammen gekocht. In Engeland en Schotland bleken de Texelaars het uitstekend te doen. Ook de lammeren pasten zich goed aan bij de weersomstandigheden en de manier van schapenfokkerij daar. Omdat de omstandigheden anders zijn dan in Nederland hebben de fokker in Schotland en Engeland met hun eigen fokdoel een ander selectiebeleid gevolgd dan in Nederland werd en wordt toegepast. het resultaat is een wat groter schaap, minder gedrongen, ooien betere moedereigenschappen en meer melk, terwijl de lammeren heel levendig zijn. De ervaring is ook dat ze door hun betere verhoudingen minder geboorteproblemen geven. De Engelse Texelaar is nog altijd voluit een Texelaar, dus een sterk gespierd schaap, maar geen extremen zoals dikbillen.

De ontwikkeling naar de Engelse Texelaar is eigenlijk heel snel gegaan. De Engelse fokkers passen zowel KI (kunstmatige inseminatie) toe als embryotransplantatie. Daardoor hebben ze een grote selectiescherpte. De top van de Engelse Texelaar rammen en ooien brengen daarom hoge prijzen op: tot boven de 100.000 Engelse ponden. Deveron Vale Perfection, een jonge ram ( 8 maanden, zie foto)  bracht in 2009 het record bedrag van 262.000 euro op.

De nummer 2 in hoogste prijzen was Knap Vicious Sid die in 2014 voor 166.00 euro van eigenaar wisselde.

Op de foto’s komt het sterke beenwerk van de Engelse Texelaar goed tot uiting.

Wij kopen afstammelingen met een fokwaarde die dichtbij de top zit, maar dan voor prijzen die passen bij de Nederlandse markt.